Week 29 - De nieuwe werkelijkheid dient zich aan

 

Thema van de week
Sterke innerlijke bewegingen van de eerste getuigen roepen op om te geloven in de nieuwe werkelijkheid van de verrijzenis: Jezus is nog altijd aanwezig.

Wat ik zou kunnen vragen

Dat ik het nieuwe, onverwachte leven in me kan toelaten en me kan aansluiten bij deze eerste getuigen.

We laten de muziek door ons heen spoelen en wachten of we in de stilte die daarachter ligt God kunnen ontmoeten die vanuit liefde naar ons kijkt.

Muziek

Spiegel im Spiegel – Arvo Pärt

(Martin Roscoe op piano en Tasmin Little op viool)

Spotify

 

Johannes 20:11-19

Maria [Magdalena] stond buiten bij het graf te huilen. En al huilend boog zij zich naar het graf toe en zag op de plaats waar Jezus’ lichaam gelegen had, twee in het wit geklede engelen zitten, een aan het hoofdeinde en een aan het voeteneinde.  Zij spraken haar aan: “Vrouw, waarom huil je?” Zij antwoordde: “Zij hebben mijn Heer weggenomen en ik weet niet waar zij Hem hebben neergelegd.” 

 

Het is bij zonsopgang, de nacht is nog maar net voorbij als Maria Magdalena naar het graf van Jezus terugkeert. Ze vindt, in plaats van het lichaam van haar Jezus, twee in het wit geklede engelen. De kleur wit staat voor boodschappers van God, voor licht in de duisternis, voor hoop en troost.

 

Ik stel me voor dat ik hierbij aanwezig ben en zoek een plekje in het verhaal. Ik kijk en luister aandachtig naar de engelen en naar Maria.

 

Ik vraag God om mij te laten zien of er in mijn momenten van duisternis en diep verdriet ook engelen waren die hoop en troost brachten.

 

 

Toen zij dit gezegd had, keerde zij zich om en zag Jezus staan, maar zonder te weten dat het Jezus was.  Jezus zei tot haar: “Vrouw, waarom huil je? Wie zoek je?” In de mening dat het de tuinman was, vroeg zij: “Heer, mocht u Hem hebben weggebracht, zeg mij dan waar u Hem hebt neergelegd, zodat ik Hem kan weghalen.”  Daarop zei Jezus tot haar: “Maria!” Zij keerde zich om en zei tot Hem in het Hebreeuws: “Rabboeni!” – wat leraar betekent. 

 

In dit verhaal draait Maria zich tweemaal om: eerst weg van het graf en de dood, naar degene van wie zij denkt dat het de tuinman is. Later herkent ze Jezus pas wanneer Hij haar bij naam noemt. Dan keert ze zich weer om.

Soms hebben we tijd nodig om Jezus te herkennen en moeten we onze manier van kijken meerdere keren veranderen om die nieuwe werkelijkheid te zien. Ik vraag dat God me laat zien wanneer dit in mijn eigen leven heeft plaatsgevonden, misschien zelfs in de afgelopen dagen of weken.

 

We laten de muziek door ons heen gaan en wachten of we in de stilte die daarachter ligt Jezus ook onze naam horen roepen.

 

Vorige
Vorige

Week 30 - Oog in Oog

Volgende
Volgende

Week 28 - De nieuwe schepping